'Recht naar het hart'
Brodsky Quartet & Virpi Räisänen
Bij eerdere seizoenen van de NSvK-concerten zat ik gewoonlijk met wat bekenden op het linker balkon, dicht boven het podium. Nu mocht ik, als naklanker, aanschuiven op de gastenrij in het 'amphitheater' — die overigens bar weinig beenruimte biedt, hoe doen die lange mannen van het bestuur dat?
Vanuit de zaal zie je het ensemble als geheel. Vanaf het balkon kijk je meer naar de individuele musici, je zit er met je neus bovenop. Je ziet hoe ze hun instrument bespelen en dat kan heel intiem voelen. Bovendien hadden wij daar ook altijd ons eigen guilty pleasure: observeren als Statler en Waldorf.
Voor de verbouwing van De Vereeniging namen we onze jassen ook altijd mee naar boven. In de gang waren toen allerlei haakjes en uitsteeksels waar we onze spullen aan kwijt konden. Toen eens een vriendelijke gastvrouw ons erop wees dat de garderobe er toch echt niet voor niets was, voelde het eigenlijk wel heel armoedig wat we deden, die slordige hoop kleren. Toch deden we het altijd om na afloop van het concert via de achtertrap snel buiten te zijn. In de pauze ben ik nog eens even boven gaan spieken. Mooie strakke muren, maar geen uitstekende spijker of schroefje meer te bekennen. Op een radiator lag slechts één stout vestje.
Wat me ook opviel was dat het publiek feestelijk gekleed was, ik zag geen spijkerbroek of trui. Was dit ter gelegenheid van het jubileumconcert of gaan we ons beter kleden? Ik vind het ook een gebaar naar de musici die voor ons optreden om niet in je dagelijkse kloffie te komen. Je gaat immers uit!
Tussen de muziekstukken door werd er ook veel minder gehoest en geproest dan voorheen. Zijn we na de corona uitgehoest? De zaal was lang niet volledig gevuld, veel lege plaatsen nog. Het gros van de concertbezoekers is natuurlijk ook wat ouder en misschien waren er al veel mensen op vakantie. Ze weten niet wat ze gemist hebben!
Het was een prachtig concert. Na de storm buiten, woedde Sjostakovitsj nu binnen. En wat een prachtige stem heeft Virpi Raisanen! De 'dansende' altviolist Paul Cassidy was ook een genot om naar te kijken. Wat een kunst van het ensemble om de klanken zó zacht weg te spelen. Zo stil, dat je soms zelf niet weet of je het nog wel hoort.
Fijn dat de liedteksten bij het programma waren gevoegd. Ik was echter blij dat ik de tekst van Lauter Nacht pas na afloop heb gelezen. Moeilijk om het droog te houden bij zoveel diepe droefenis. In de folder miste ik wel wat persoonlijke informatie over de leden van het kwartet. Misschien was dat niet nodig voor de doorgewinterde concertbezoeker. Het bestuurslid dat ik sprak, had tien jaar geleden dit kwartet besproken. Men kende ze dus al. Ik moest zelf mijn achterstand op internet even wegwerken. Nu weet ik bijvoorbeeld ook dat 'Brodsky' niet een dichter, maar een violist was!
Achteraf sprak ik ook even met de celliste Jacqueline Thomas, over muziek voelen, ongeacht je achtergrond of je ervaring in het leven. Je hoeft niet onder het regime van Stalin te hebben geleden om de muziek van Sjostakovitsj te spelen en te waarderen. Muziek gaat immers recht naar het hart.
Ik ga weer een abonnement nemen.